Eergisteren overleed Reinbert de Leeuw. Dirigent, pianist, componist. Een muziekman, altijd en allesomvattend. Ik zou hem nooit gekend hebben als ik jaren geleden niet in een VPRO-documentaire was gevallen waarin De Leeuw werd gevolgd bij de aanloop naar het uitvoeren van de Matthäus Passion in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. De Matthäus missie van Reinbert de Leeuw. Dat De Leeuw die ooit zou dirigeren was helemaal niet vanzelfsprekend. Gezien zijn staat van dienst – hedendaagse, soms experimentele muziek – was dat zelfs onwaarschijnlijk. Totdat Holland Baroque hem vroeg om ‘de Matthäus’ met hen uit te voeren, samen met het Nederlands Kamerkoor. Waarom? Omdat Reinbert de Leeuw net zo eigenzinnig was als dat orkest. Omdat ze wisten dat De Leeuw bij zijn interpretatie van Bach’s drie uur durende stuk over het lijdensverhaal van Jezus niet gehinderd zou worden door de traditie die daar in Nederland omheen hangt. Bach was niet nieuw voor hem, maar dit grote werk dirigeren wel. De Leeuw zou zijn eigen weg gaan, met alleen de noten van Johann en zijn eigen vakmanschap als leidraad.
Ik werd gegrepen door de documentaire van Cherry Duyns. Het was als een speelfilm waarbij, als je ‘m gezien hebt, niemand het eerste uur een woord mag zeggen omdat anders de betovering wordt verbroken. Ik was beginnend Bach-luisteraar. Ik kende Bach van Gödel-Esscher-Bach van Douglas Hofstadter, een boek uit mijn wijsbegeerte-tijd. Bach als meester van de contrapunctie, van virtuoze noten en composities, van technische perfectie. De Bach van de Brandenburgse Concerten, die me niets deden. Ik hield meer van Vivaldi-de-musicus (Vivaldi-de-priester zou ik pas later ontdekken) en van de werken die Mozart op het eind van zijn leven schreef, want daar zat wel gevoel in. Dat veranderde. Oudste zoon Dirk speelt viool, na een concert van zijn orkest mocht ik een keer blijven zitten voor een muziekvoorstelling met een bloemlezing van Bach’s werk. Een violiste speelde de Chaconne, het vijfde deel van Partita no. 2 voor viool. Ik wist niet wat me gebeurde. Een koor zong het Crucifixus uit de Hoogmis (Hohe Messe), de stoel viel onder me weg. De hele wereld verdween, er was alleen nog die muziek. Was dit ook Bach? Ik ging naar huis en heb de rest van de avond Bach geluisterd op YouTube. Zijn kerkmuziek werd mijn toegang, Bach hield op technicus te zijn en werd een mens van vlees en bloed. Ik ging luisteren naar zijn cantates, kerkmuziek, waarbij ook de Passionen (hij schreef er vier, gebaseerd op de vier evangeliën) voorbij kwamen. Ontdekte Hilary Hahn, en besloot die documentaire over de Matthäus Passion te gaan kijken.
Rond de Matthäus Passion hangt in Nederland een hoop traditie en ook een dosis flauwekul. Het is bon ton om naar een uitvoering van het werk te gaan. Politici en andere geziene Nederlanders zitten rond Pasen in de Grote Kerk in Naarden of in een van de andere zalen of kerken waar ‘de Matthäus’ wordt uitgevoerd. Enkele daarvan vallen in slaap, omdat ze de zit eigenlijk te lang vinden (of de muziek niet boeiend genoeg), maar niet weg kunnen blijven. Dezelfde muziek kun je op verschillende manieren uitvoeren. Tempo, accenten en intonatie van een stuk, het heeft allemaal te maken met hoe de dirigent denkt dat de componist het bedoeld heeft. In geval van de Matthäus Passion gaat het in Nederland al lang niet meer om die interpretatie, maar om traditie. De Matthäus hoor je zo-en-zo uit te voeren. Ik denk dat Holland Baroque dat gezien heeft. De Leeuw is niet historisch belast, hij heeft het stuk nog nooit eerder uitgevoerd.
In de documentaire maak je kennis met de missie van Reinbert de Leeuw: het stuk uitvoeren zoals Bach het voor ogen had. Hij neemt de enorme partituur in zijn handen – die eruitziet als een kruising tussen een middeleeuwse bijbel en het Grote Sinterklaasboek – en begint te lezen. Hij leest de noten, hij gaat op zoek naar Johann, terug naar de gelovige Bach die melodieën schrijft die de tragiek van het lijden en sterven van Jezus weer kunnen geven. Bach’s Jezus. “Dit is zo groot”, zegt De Leeuw een keer, “zo groot”. Er gebeurt iets met het orkest, met de solisten en met het koor dat ze nog niet eerder hebben meegemaakt. Een veteraan uit het Nederlands Kamerkoor komt aan het woord. Hij heeft de Matthäus Passion al meer dan honderd keer gezongen, maar dit keer is er geen zanggedeelte waarbij hij niet met de tranen in zijn ogen heeft staan zingen. De Leeuw laat het orkest de tekst van het verhaal voelen, hij laat het koor de muziek volgen als een ruiter op een paard, onlosmakelijk en samen één. Het resultaat is een uitvoering van de Matthäus Passion die Nederland nog niet eerder beleefd heeft.
De uitvoering waar de documentaire over gaat was op 20 en 21 maart 2016, en was al geweest toen ik de documentaire zag. Maar de NPO zond ook de concertregistratie uit. Ik heb me drie uur laten meevoeren, door de muziek en door het verhaal. Er zijn delen die ik tien of twintig keer terug heb gekeken op YouTube, vooral het slotkoraal Wir setzen uns mit Tränen nieder. En elke keer ga ik dwars doormidden. Reinbert de Leeuw heeft van het plechtige en (als het verhaal van Jezus je niets zegt) abstracte stuk een verhaal van nu gemaakt. Jezus is in dat verhaal niet zozeer de verlosser of de ‘zoon van’, maar een mens op wie de mensen om hen heen hun hoop hadden gevestigd, de mens die liefde en vergeving verkondigde in een wereld van geweld en overheersing. Die hoop gaat overboord als die mens wordt opgepakt, berecht en bespot. Als die mens de dood sterft die hem vernedert en vertrapt. Het verhaal gaat minstens zoveel over Petrus, die iedereen bezweert dat hij de trouwste vriend en bondgenoot is van Jezus, maar die hem – als hij dreigt hetzelfde lot te ondergaan – drie keer verloochent. Petrus is geen heilige, zoals maar weinig mensen de heiligheid gegeven is in het zicht van pijn en doodsangst, maar een feilbare mens die tot God bidt ‘Erbarme Dich’.
En als hij dan sterft, sterft niet de Messias, maar de mens die zich kwetsbaar toonde en het onrecht probeerde te keren, die mensen hoop gaf en zicht op een aardse en misschien wel onaardse verlossing. Om die mens huilen allen die hem gekend hebben, in tranen, geknield bij zijn graf. Het is moeilijk te geloven dat dit niet is wat Bach heeft willen vertellen.
Dankjewel Reinbert de Leeuw, ruhe sanfte, sanfte ruh.